Samen op pad.
Ik heb Jessica naar de wei gebracht, de honden uitgelaten, ik zit de krant te lezen als er op het keukenraam getikt wordt, bezoek, de honden blaffen. Ik doe de deur open, het is Maria, gezellig dat ze er is, ze houdt niet zo van honden, ik laat ze naar buiten op de veranda. Ik maak een kop koffie voor ons, we praten over nu en vroeger, we hebben elkaar veel te vertellen over ons werk en persoonlijke dingen, opeens zegt ze, ik heb het hekje open gelaten. De honden zijn er van door, samen op pad, ik loop naar buiten, zie de hond Julia aan komen lopen met hond Jane in haar spoor, ik fluit en ze komen er aan alsof er niets aan de hand is, ze kennen de weg, kwispelstaartend lopen ze het trapje op, we zijn er weer. Even later komt er een vrouw aan, ze woont bij het kanaaltje, ze zag de honden lopen, heeft ze met brokjes meegelokt naar mijn huis toe, ze wilden niet aan de lijn zei ze. Dat is het mooie van een dorp, iedereen kent elkaar, mensen met honden kom ik geregeld tegen, het is niet meer zo als vroeger, maar als het er op aankomt dan zorgen we voor elkaar.
Mijn benen werden afgekeurd, ze moeten worden gestript begin volgend jaar, ik heb geen klachten en dat wil ik zo houden, het is een kleine ingreep.
Als ik thuis kom is het bijna donker, ik verzorg de dieren, kijk op mijn tablet naar nieuws, een foto van een gitarist komt voorbij, Megadeth, ik download hun album Rust in Peace, luister ernaar, het is snel, geen muziek om bij te lezen. Neil Diamond zingt Pretty Amazing Grace, een wereld van verschil, de platen van Afrikaanse muzikanten staan nog op de stoel van schoonvader Herman, van lezen komt niets meer.
Buurman Jolle luistert naar de muziek die ik meestuur, Jungle by Night kent hij niet, een gemis, bij dezen:
Jungle By Night - Pompette
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}