Uit.
Ik heb mijn boek uit, Ik ben Pelgrim, 700 en nog wat bladzijden vol ongeloofwaardige spanning, maar ik lees toch door, steeds sneller sla ik de bladzijden om, ik val in slaap als ik door probeer te lezen, ben het laatste stuk de volgende morgen vergeten, lees terug en vooruit. Ik pak het boek Winnetou, het grote opperhoofd en lees de eerste regels van de boeken waar het mee begon, misschien eerder nog Arendsoog met zijn helper (bijna schreef ik knecht, maar dat woord is in de ban gedaan door vrienden van Sinterklaas, die hem willen helpen om zijn Zwarte Piet te laten verdwijnen, Sinterklaas fronst, denkt na, zwijgt, maar spreekt dan toch de verlossende woorden; mensen maak je niet zo druk, het is een kinderfeest, ze geloven in Mij tot ze oud genoeg zijn om door te krijgen dat de Sint een verzinsel is van hun ouders, die hun kinderen graag kadootjes geven, niet van hun zelf, maar onder een andere naam. Daar past een Zwarte Piet perfect bij, een knecht die een helper is, verzonnen door ouders die even niets beters wisten te bedenken, misschien dat ze nu voor iemand uit een vluchtelingenkamp zouden kiezen of voor een kick boxer, maar met een gebroken arm strooit het moeilijk pepernoten).
Kersttijd, ik heb een krans met een engeltje gemaakt voor op de deur, de kerstboom uit de tuin gespit, dit is al het vierde jaar dat de boom in de kamer staat, hoeveel bomen worden er gekapt voor deze tijd, hoeveel stroom wordt er gebruikt voor alle verlichting die we aanbrengen in en rond het huis, een kaarsje is genoeg. Het moet groter, meer, de overtreffende trap in alles, licht, geluid, eten en drinken, het is kersttijd.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}