Schuifdeuren.
In het huis waarin ik opgroeide was een achterkamer, een voorkamer met daartussen schuifdeuren met glas-in-lood ramen. We leefden in de achterkamer, daar stond de tafel waaraan we aten, waarop we speelden, dat was de plek waar vader & moeder en zeven kinderen samen waren in hun dagelijks leven, de voorkamer werd alleen zondags gebruikt als opa en oma na de kerkdienst kwamen koffie drinken, praten over de preek, daarna gingen de schuifdeuren weer dicht voor de rest van de week. Het scheelde stookkosten, in de achterkamer brandde de kachel, alleen als het heel koud was werd de kolenkachel in de voorkamer aangestoken. Niemand klaagde over de kleine kamer waar ons leven zich afspeelde, boven was het vaak veel te koud, alleen geschikt om te slapen, er was ook nog een gang waar ik voetbalde met vriend John, de keukendeur was het doel, we waren klein, alles was mooi en een avontuur. Langzamer- hand werd de voorkamer bij de rest van huis getrokken, de televisie kwam er te staan op een tafeltje met wielen, we konden voor en achter tv kijken, opa en oma werden oud, na de koffie kwam er bier op de tafel in de voorkamer, het leven veranderde, daar zorgden wij als opgroeiende kinderen wel voor. Mijn haar werd langer, ik kwam later thuis in het weekeinde of helemaal niet, het was een paar jaar oorlog tussen mijn vader en mij, de oorlog waaruit mijn vader was teruggekeert zonder woorden, hij kon er niet over praten, oorlog tussen vader en zoon waarin geen van beiden toegaf om de vrede te tekenen, het werd stil, maar daar wilde ik niet over schrijven, het zou gaan over schuifdeuren. Ik kwam terug uit hillegom, waar ik die zomer in de bollen had gewerkt om wat geld te verdienen, vacantiewerk, om nog een weekje bij te komen voordat ik weer naar school moest, maar mijn vader had andere plannen. Schuifdeuren waren uit de tijd, de kamers moesten bij elkaar getrokken worden, een grote kamer, de familie was naar duitsland, haselunne, onze vaste vacantieplek, mijn vader had het rijk alleen, alleen was hij niet zo handig. Hij was begonnen om de deuren van de kasten, waartussen de schuifdeuren, te bekleden met schrootjes, ook op de ombouw van de kasten zaten al wat plankjes meest scheef, er moest een luik in komen, maar hoe was nog de vraag, die mijn vader niet kon beantwoorden. Het was vrijdag, de volgende dag zou hij naar duitsland gaan naar onze familie, ik kreeg de opdracht om het timmerwerk af te maken voordat iedereen terug zou zijn, maar er was geen beginnen aan, het was een zootje, scheef, geen plan en vooral geen vertrouwen. Ik ben er aan begonnen, maar wist niet wat te doen, 's avonds stappen met vrienden, het was bij lange niet af toen de familie terug kwam, het had een verrassing moeten zijn, een modern huis zonder schuifdeuren, schrootjes op de ombouw en kasten, het zag er niet uit. Een maand later heb ik met opa venema, de vader van mijn moeder en timmerman, de schrootjes er af gehaald en met platen de deuren en de ombouw bekleed, het zag er mooi uit, schuifdeuren zijn weer in de mode, waar ze gebleven zijn weet ik niet. Het maakt niet uit, nu is het een studentenhuis, laatst liep ik er langs, het pleintje was nog het zelfde, ik ben veranderd, net als de bewoners.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}