So long ago.
Ik keek vanavond naar een documentaire waarin mensen vertelden over herinneringen uit hun jeugd, soms zestig/zeventig jaar geleden, prachtig en ontroerend om te zien, vooral om naar hun verhalen te luisteren. Ik word gebeld door dochter Julia, die in 1 keer geslaagd is voor het theorie examen autorijbewijs, twee fouten slechts en het gaat goed met haar, meer moet ik er niet over vertellen. Ondertussen denk ik bij mezelf, hoe ver gaan mijn herinneringen terug, heel bewust, niet van verhalen van mijn ouders, dat is ook al meer dan vijftig jaar, een halve eeuw, ik word er stil van, so long ago. Mijn ouders woonden in bij een oude dame, Jan Lutmastraat, boven, de zolderverdieping was van ons, twee trappen op, ik sliep bij mijn ouders op de slaapkamer in een kinderbed met stijlen langs de kant. Mijn vader rookte in bed, denk ik nu, want er lagen lucifers op het nachtkastje, waar ik net bij kon en de lakens in de fik stak, zo ver gaat de herinnering. Ik was met mijn zusje aan het spelen in de brandgang achter het huis bij de schuurtjes, bovenop een schuurtje lag een uitstekende plank, waarop we om beurten een steen probeerden te gooien tot het mis ging en mijn steen op haar hoofd te recht kwam, huilen en bloed, paniek. Ik heb haar naar de voordeur gebracht, aangebeld en heb me toen verstopt in de bosjes aan de overkant van de weg, het was mijn schuld, pas toen het donker werd ben ik naar huis gegaan. Waar komt dat schuldbesef vandaan als ik vijf jaar ben, ik verstop me in de bosjes omdat ik denk dat ik straf krijg, terwijl mijn ouders blij zijn als ik weer te voorschijn kom, het valt wel mee. Mijn jeugd was het goed, mijn moeder zei laatst dat ze te weinig tijd en aandacht had voor de oudste kinderen voor haar gevoel, ik heb dat niet gemist antwoordde ik om haar gerust te stellen of was het echt zo? Weinig aandacht van mijn ouders betekende dat ik mijn gang kon gaan en zo ging het met vallen en opstaan van twee kanten, so long ago, als we het nog eens over konden doen, I will sing a lullaby zingt Paul voor het slapen gaan, carry that weight a long time, het gewicht van groot worden hing soms als een molensteen om mijn nek, nu is het niet meer zwaar om te dragen, het wordt steeds lichter met het ouder worden.
Het is zo gegaan dat ik hier ben en kijk.
Boven me fladdert een witte vlinder in de lucht
met vleugeltjes die alleen van hem zijn
en over mijn handen vliegt zijn schaduw,
geen andere, niet zomaar een, alleen de zijne.
Wanneer ik zoiets zie, verlaat me altijd de zekerheid
dat wat belangrijk is
belangrijker is dan wat onbelangrijk is.
Wislawa Szymborska
Hoe mooi kan je het schrijven, zo mooi, het is een maar stukje van het gedicht.
Wat wel of niet belangrijk is weet iedereen voor zichzelf, ik heb er soms moeite mee,ik werk in de tuin en weet dat het onkruid de tuin probeert over te nemen voor er vruchten van geplukt kunnen worden, ik ben te lui om het kaf van het koren te scheiden, de natuur gaat zijn gang en ik ook.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}